8 min read

Komt er een punt waarop journalisten stoppen met Twitter?

Komt er een punt waarop journalisten stoppen met Twitter?
Foto: Edgar / Unsplash

Nadat ik vorige week vanwege het Paasweekend geen nieuwsbrief schreef, heb ik deze week een lekker lange editie van ruim 2000 woorden voor je om het goed te maken.

Ik wil het met je hebben over:

  • Blijven journalisten tweeten?
  • Ik val in herhaling: media-organisaties zonder AI-strategie moeten die nu gaan opstellen.
  • De dood van van live social audio zoals Clubhouse

1. Blijven journalisten tweeten?

Journalists spent more than a decade building up their presences on Twitter, and they were never going to abandon the site collectively overnight. As long as they can still drive traffic to their stories, discuss those stories in public with their peers, and grow their audiences, they have little reason to leave.
The second answer, I think, lies in the power of chaos to command our attention. Just as Trump’s tumultuous White House constantly kept the news cycle off balance, so, too, does Musk’s erratic leadership of reporters’ favorite website.

Dit schreef techjournalist Casey Newton een kleine twee weken geleden in zijn nieuwsbrief Platformer. Hij voorspelde eind vorig jaar dat nieuwsmedia van Twitter zouden verdwijnen. Nu is er natuurlijk sowieso een verschil tussen individuele journalisten en nieuwsmedia met hun merkaccounts, maar los daarvan bleef 'de journalistiek' de afgelopen maanden lekker tweeten. Tot enkele uren na Casey's nieuwsbrief.

Twitter begon vorige week namelijk labels uit te delen aan publieke omroepen. De Amerikaanse publieke omroep NPR werd gelijkgesteld aan staatsmedia van dictaturen doordat het het label 'state affiliated media' kreeg. Dat label werd later veranderd in 'government funded', maar NPR was er inmiddels klaar mee en heeft besloten niet langer te tweeten via zijn officiële account.

De Amerikaanse televisieomroep PBS besloot het voorbeeld van NPR te volgen en tweet ook niet meer. De BBC, die het label ook kreeg, heeft een klacht ingediend bij Twitter, maar tweet ondertussen nog wel vrolijk verder. De NOS en NPO hebben nog geen label gekregen van Twitter. Ondertussen worden echte staatsmedia, zoals het Russische RT en het Chinese Global Times, door Twitter niet langer beperkt in het bereik van hun berichten.

De vraag is natuurlijk of meer publieke omroepen wereldwijd het voorbeeld van NPR en PBS gaan volgen en of ook hun journalisten stoppen met tweeten. Het kan een begin zijn van een kettingreactie, maar zoals Casey Newton terecht opmerkte lijken journalisten Twitter stiekem nog steeds veel te leuk vinden. In een enquête gaf meer dan 50 procent van de journalisten onlangs aan na te denken over het verlaten van Twitter, maar nadenken over is allesbehalve een garantie dat dat ook gaat gebeuren.

Een alternatief voor Twitter lijkt er nog steeds niet te zijn. Mastodon is te ingewikkeld voor een groot publiek, leert de praktijk. Post, waar sinds afgelopen week iedereen zich aan kan melden, zou zeker voor de journalistiek een aardig alternatief zijn. En Notes van nieuwsbriefdienst Substack is voor Substack-auteurs een interessant extra kanaal, maar ik zie dat niet direct zo groot worden als Twitter.

Elon Musk ziet dat overigens anders. Hij is zo bang voor Substack Notes dat het delen van links naar Substack op Twitter tijdelijk verboden was en dat je in Substack-nieuwsbrieven geen tweets meer mag embedden. Als er een manier is om journalisten uiteindelijk van Twitter te krijgen dan is het dat wel...


2. Ik val in herhaling: media-organisaties zonder AI-strategie moeten die nu gaan opstellen

Afgelopen week was ik op bezoek op de redactie van een regionale krant om een presentatie te geven over AI en de journalistiek. Eén van de punten die ik maakte in mijn verhaal is dat nieuwsorganisaties een AI-strategie zouden moeten hebben (zoals ik twee weken geleden ook al betoogde), waarin is vastgelegd hoe er wordt omgegaan met deze technologie en hoe deze wel en niet wordt ingezet. Daarbij gaat het niet zozeer om de technologie, maar vooral om hoe je deze toepast binnen de journalistiek en hoe je omgaat met ethische vragen.

Veel organisaties gaan daar nu het gesprek over aan, wat gezien de ontwikkelingen van het afgelopen half jaar logisch is, maar eigenlijk is het al te laat. Een AI-strategie had er al lang moeten zijn. Meer dan twee jaar geleden sprak ik met Tom van de Weghe van de VRT, die me toen vertelde bezig te zijn met een AI-strategie op hun nieuwsredactie.

De redactie waar ik vorige week was vroeg me of ik al voorbeelden van een AI-strategie op een Nederlandse redactie kende, maar ik moest hem het antwoord schuldig blijven. Het betekent niet dat er geen redacties zijn die er één hebben, maar ik heb er in ieder geval nog geen redactie openbaar over horen praten. Het bleek dat Freek Staps, de hoofdredacteur van het ANP, mij toevallig een uur daarvoor had gemaild dat ze bij het ANP een leidraad hadden opgesteld voor hoe de redactie van het persbureau omgaat met het gebruik van AI.

In de uitgangspunten staat onder meer dat...

  • ... het ANP kansen ziet om AI in te zetten voor inspiratie op het gebied van koppen, achtergronden,verhaalideeën of te benaderen bronnen. Ook kan het worden gebruikt voor 'ondersteunende diensten' zoals transcriptie. Daarbij wordt opgemerkt: "Het aantal mogelijkheden tot assistentie neemt vast nog verder toe. Het is aan de redactie of het relevant en nuttig is of AI-toepassingen bij redactionele of journalistieke producties ingezet worden."
  • ... teksten, beelden en audio die zijn gegereerd door AI enkel worden gepubliceerd met toestemming van de chefs en hoofdredactie. In de leidraad staat: "We zijn daarin zowel onderzoekend als terughoudend omdat AI-teksten er evenzogoed veelbelovend uitzien als fouten kunnen bevatten ('hallucinaties') en vooroordelen (‘bias’) kunnen herbevestigen. Bovendien is het complex om bij door de computer gemaakte content de betrouwbaarheid van de als waar gepresenteerde feiten te garanderen. Bij deze afweging tot publiceren nemen we mee hoe het betreffende AI-systeem tot de informatie kwam."
  • ... het ANP open is naar zijn afnemers over de werkwijze en de inzet van AI. Wat ik hierbij mis is hoe dat er in de dagelijkse praktijk uitziet. Wordt het gebruik bij elke foto of elk bericht waarbij AI is gebruikt bij de totstandkoming gemeld?
  • ... technologie kan worden ingezet ter ondersteuning van de eindredactie, zolang een mens maar de laatste check doet.

Mocht je geïnteresseerd zijn in alle uitgangspunten. De leidraad van het ANP is hier te downloaden:

Wat, naast de hierboven opgesomde punten, ook in het document staat is de manier waarop de hoofdredactie van het ANP wil dat de redactie naar de ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie kijkt:

Zoals we naar de maatschappij kijken, kijkt ieder lid van de ANP-redactie naar AI en aanverwante systemen: vol verwondering, onderzoekend, kritisch en openstaand voor ontwikkelingen.

Wat ik merkte bij de redactie waar ik vorige week te gast was, was dat de helft van de aanwezigen ChatGPT nog nooit had uitgeprobeerd. Ergens had ik dit wel verwacht, maar ik was alsnog verbaasd. Nieuwe technologie die direct invloed op je werk heeft en die zo makkelijk toegankelijk is, probeer je toch uit?

Sophie van Oostvoorn van NRC schreef in haar nieuwsbrief De Nieuwe Lezer. Ze vertelde over een verhaal dat ze een jaar of tien geleden hoorde tijdens haar stage bij Het Parool:

Een andere redacteur vertelde over de tijd dat de eerste computers met internet op de redactie kwamen en hoe zeker in het begin er weinig gebruik van werd gemaakt, want je kon knipsels ook gewoon opvragen bij de dame van het archief. Daar voegde de redacteur aan toe dat door sommigen op de redactie werd ‘dat internet’ ook maar een beetje gezien als een trend die wel weer over zou waaien.

Nu kennen we de historie van kranten en het internet inmiddels en hoop ik dat de geschiedenis zich niet opnieuw herhaalt en journalisten en uitgevers sneller anticiperen op de uitdagingen en mogelijkheden die nieuwe technologie ons biedt. Dat begint bij zowel zelf spelen met de technologie, als bij het nadenken over een strategie hoe de techniek (wel en niet) te gebruiken.


3. 🪦 RIP live social audio [2020-2023]

Het was de winter van 2021. We zaten in de zoveelste intelligente lockdown en plots werd de app Clubhouse breder beschikbaar, omdat er massaal invites beschikbaar kwamen. Ik had er al weleens over gehoord, maar had tot dan toe nog niet de kans gehad om de live audio-app te proberen. Een paar weken lang luisterde ik tijdens mijn lockdown-wandelingetjes naar Clubhouse-sessies of kletste ik 's avonds binnenzittend vanwege de avondklok.

Clubhouse zou the next big thing zijn in social media en ik heb er destijds ook regelmatig over geschreven in deze nieuwsbrief. Zo schreef ik op 21 maart 2021:

Zelf merk ik, dat ik na twee actieve weken in februari niet echt actief meer ben op de app. Ik heb de pushberichten uitgezet, omdat ik er gek van word, en daarmee verdween de app ook direct uit mijn systeem. Als de app je geen berichten stuurt, heb je geen idee wat er te doen is. Wat dat betreft geloof ik meer in publieke gesprekken als onderdeel van Twitter, Facebook op LinkedIn, dan in een losse app.

Nu wisten de verschillende grote platforms ook niet hoe snel ze Clubhouse moesten kopiëren, maar ook dat bleek niet genoeg om live social audio op lange termijn een vast onderdeel van social media te maken. Deze grafiek van Axios laat zien hoe Clubhouse steeds minder wordt gedownload en hoe andere live-audio-apps überhaupt nooit echt van de grond kwamen:

Spotify nam in maart 2021, toen de Clubhouse-hype nog in volle gang was, de app Locker Room over. Drie maanden later werd op basis hiervan de app Spotify Greenroom geïntroduceerd, om dat tien maanden later te hernoemen naar Spotify Live en onderdeel te maken van de gewone Spotify-app. Het mocht niet baten, de dienst heeft geen grote groep gebruikers weten te verzamelen en daarom stopt het bedrijf ermee.

Twitter Spaces bestaat nog wel, maar volgens mij wordt dat ook maar zeer beperkt gebruikt. Daar komt dat onder Elon Musks bewind de functionaliteiten van Twitter Spaces zijn uitgekleed, zo kun je de gesprekken niet meer opnemen, zodat je ze later kunt terugluisteren. Facebook heeft zijn Live Audio Rooms een jaar geleden al geïntegreerd met zijn andere livestream-mogelijkheden, waarmee diens Clubhouse-kloon eigenlijk een soort van verdwenen is.

Het lijkt erop dat we op het punt zijn beland dat we live social audio kunnen doodverklaren, al kon dat misschien ook een paar maanden na de Clubhouse-hype al.

Voor LinkedIn is dat het perfecte moment om Live Audio Events verder uit te rollen. Afgelopen zomer kwam de functie beschikbaar voor alle gebruikers en nu kunnen ook bedrijven via hun pagina een Live Audio Event starten.


4. Dit heb ik de afgelopen twee weken gelezen