7 min read

De podcasts van de Universiteit van Nederland gaan viraal doordat ze video hebben toegevoegd

De Universiteit van Nederland maakt een audio- en videoversie van zijn podcast en die twee hebben heel ander consumptiepatroon.
De podcasts van de Universiteit van Nederland gaan viraal doordat ze video hebben toegevoegd

In deze nieuwsbrief wil ik het met je hebben over:

  • Het succesverhaal van de videopodcasts van de Universiteit van Nederland
  • Gaat het ooit lukken om de herkomst van media op internet herleidbaar te maken?

Het succesverhaal van de videopodcasts van de Universiteit van Nederland

Anderhalf jaar geleden schreef ik over de videopodcasts die de Universiteit van Nederland maakt. Ze maken een productie, waarin je bij het luister naar de audioversie niets lijkt te missen, maar bij de videoversie niet het idee hebt dat je naar een podcast kijkt. Er wordt veel tijd en energie in de productie gestopt, maar dat zorgt er ook wel voor dat ze iets maken dat iedereen op de manier van zijn of haar voorkeur kan consumeren.

En dat werkt, vertelt hoofdredacteur Merijn Doggen:

Audio-only podcasts kunnen niet organisch 'viraal' gaan, video's wel. Hoewel de podcast prachtige cijfers haalt binnen de traditionele podcastkanalen, heeft elke aflevering ook een leven daarbuiten, op de videoplatformen, daar kan het bereik 'ontploffen'.

Enkele voorbeelden van succesvolle afleveringen:

De Universiteit Nederland merkt dat de audioversie een stabiel bereik heeft van tussen de 30.000 en 50.000 beluisteringen en dat de grote verschillen komen door de videoversie. Daarbij doet de ene aflevering het heel goed op YouTube en de andere juist op het platform van Play van DPG Media, waarmee de video's op AD.nl en NU.nl terechtkomen.

Zo scoorde de podcast over wolkenkrabbers goed op YouTube, maar minder bij Play, terwijl de aflevering met de vraag ‘Zie jij wel hetzelfde als iemand anders?’ velen malen beter scoorde bij Play dan op YouTube.

Echt een geheime formule voor succes heeft Merijn Doggen nog niet kunnen ontdekken:

Ik kan er niet echt een vinger op leggen. Wat ik wel merk is dat redacties van AD en NU.nl heel goed weten wat hun publiek wil en daarom goed gericht kunnen koppen. Ook met meer nieuwsgevoel. Wij proberen onze podcasts ook zo goed mogelijk met urgentie weg te zetten, maar het is toch tijdlozer en ik vermoed dat de verwachting van de kijker op YouTube anders is dan op NU.nl... en trouwens ook weer anders in onze audiofeed.

Wat daarnaast bij video ook een belangrijke aanjager kan zijn om een groter publiek te bereiken is dat mensen de video's doorsturen. Merijn vertelde me dat van al het verkeer naar de video 'Hoe kan paracetamol je vergiftigen?' dat via externe bronnen kwam, zo'n 40 procent afkomstig was van WhatsApp.

Al met al laten deze cijfers en ervaringen van de Universiteit van Nederland in mijn ogen zien dat het de moeite waard is om een podcast te maken die zowel in audio als video een volwaardig product is. Tegelijker zie je ook hoe verschillend podcasts en video's zijn als medium. Podcasts bieden een relatief laag bereik, maar wel een ongelooflijk trouw publiek dat elke aflevering van begin tot eind beluistert. Het publiek voor video's is veel vluchtiger en het is veel lastiger om daar voor stabiliteit te zorgen, terwijl ze juist wel enorme uitschieters kunnen krijgen die podcasts niet kennen.


Gaat het ooit lukken om de herkomst van media op internet herleidbaar te maken?

Al een jaar of vijf schrijf ik met enige regelmatig over de ontwikkelingen van initiatieven om de herkomst van media te herleiden. Adobe heeft hier, samen met technologie- en mediabedrijven, in 2019 een initiatief voor genomen, dat uiteindelijk heeft geresulteerd in de Content Authencity Initiative (CAI). Hierbij zijn persbureaus, mediabedrijven, camerafabrikanten, chipmakers, softwarebedrijven en nog veel meer partijen uit de media- en techindustrie bij betrokken.

Wat is namelijk het idee: je moet gebruikers de mogelijkheid bieden om bij media te kunnen inzien wat de herkomst is van die media en ook welk pad het heeft afgelegd sinds dien (welke bewerkingen er zijn gedaan). Deze vorm van transparantie zorgt voor vertrouwen en kan de verspreiding van desinformatie tegengaan. En dat niet alleen: het maakt inbreuk op auteursrechten lastiger.

Om dit technisch voor elkaar te krijgen zijn meerdere oplossingen: een paar jaar geleden zou iedereen 'blockchain' roepen, maar er is juist voor gekozen om de informatie versleuteld op te slaan in de media zelf. Tenminste, door het CAI, dat zich samen met een ander project van Microsoft en de BBC heeft verenigd in de Coalition for Content Provenance and Authenticity (C2PA).

Ze hebben een open technologie ontwikkeld die inmiddels al onderdeel is van bijvoorbeeld Photoshop. Het idee is echter dat deze technologie in de hele keten van media wordt geïntegreerd. Dat op het moment dat je een foto maakt of iets filmt al in de hardware zogeheten provenance-informatie wordt toegevoegd aan het bestand en dat deze vervolgens in de productie- en publicatieketen gekoppeld blijft aan de media in kwestie en uiteindelijk zichtbaar is voor het publiek.

De enige manier om dat voor elkaar te krijgen is als iedereen meedoet. Dit soort technologie valt of staat bij brede adoptie. Alleen dan gaat de eindgebruiker het herkennen, gebruiken en media die geen provenance-informatie heeft wantrouwen. Met de razendsnelle opkomst van generatieve AI lijkt een dergelijke technologie onmisbaar en zie je ook steeds meer bewegingen op dit vlak.

Ik ben bijvoorbeeld zelf betrokken geweest bij een project van NPO Innovatie, waarbij ik, samen met Bart Jan Cune, heb onderzocht hoe redacties hier tegenaan kijken.

Maar op veel grotere schaal, zie je dat bedrijven als ByteDance (TikTok) en Meta (Facebook en Instagram) met initiatieven komen waarbij automatisch labels worden toegevoegd bij media die is gegenereerd door AI. Daarbij werkt het echter alleen als hiervoor systemen worden gebruikt die dit soort herkomst-informatie toevoegen, waardoor de platforms het kunnen tonen. Een waterdicht systeem is het dus totaal niet.

Google kondigde in augustus SynthID aan, dat watermerken aan media toevoegt die we als mens niet kunnen horen of zien, maar een computer wel. De techniek werd in eerste instantie enkel toegepast in foto's en audio, maar wordt nu uitgebreid naar video en zelfs gegenereerde tekst. Uiteraard goed dat Google hiermee bezig is, maar het probleem is dat Google als grote speler een compleet andere techniek ontwikkelt dan de C2PA. Ook beperkt Google zich tot genereerde media, terwijl dit een kans is om te kijken of het mogelijk is om in de breedte de herleidbaarheid van de herkomst van media aan te pakken.

Ondanks de vele initiatieven en bewegingen op dit vlak - en het moment dat er is door de opkomst van generatieve AI - word ik steeds pessimistischer over de daadwerkelijke slagingskans van dit soort technologie. Het werkt namelijk alleen als dit internetbreed omarmd wordt en er wordt samengewerkt, of ieder geval door het overgrote deel van alle betrokken partijen. En ook al heeft de C2PA een mooi lijstje deelnemers, er ontbreken nog steeds meer bedrijven dan er deelnemen. En ik vrees dat enkel regulering ervoor zou kunnen zorgen dat het daadwerkelijk kans van slagen heeft. De urgentie lijkt echter, ondanks dat het probleem razendsnel groter wordt, te ontbreken.


Kort

  • De derde aflevering van de podcast Media van Morgen, die ik heb geproduceerd voor het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek, staat online. Jan-Willem Sanders, de uitgever van Follow The Money, is te gast en vertelt hoe ze hun ledenmodel hebben opgetuigd.
  • vox.com, bekend van de explainerjournalistiek, heeft zijn geld altijd verdiend met advertenties. Enkele jaren geleden is wel geëxperimenteerd met een donatiemodel, maar dat was niet heel succesvol. Nu komt de site met een lidmaatschap, maar de journalistiek die het maakt verdwijnt niet achter een betaalmuur.
  • In Californië is wetgeving in de maak die de grote techbedrijven een extra belasting laten betalen over hun advertentie-omzet. Dit geld komt ten goede aan het onderwijs en aan belastingvoordelen voor uitgevers, die ze enkel mogen inzetten voor journalistieke banen. De senaat moet nog wel akkoord gaan.
    • De reactie van Google: het bedrijf dreigt te stoppen met zijn financiële steun aan de journalistiek in heel de VS via het Google News Initiative.
  • BNR heeft geprobeerd om video's met deepfakes van politici te verspreiden als advertenties op sociale media. Op de platform van Meta en op X lukte dit, TikTok hield de advertenties tegen.
  • Op ontwikkelaarsconferentie Google I/O kondigde Google aan dat alle Amerikaanse gebruikers van de zoekmachine nog dit jaar door AI gegenereerde antwoorden op hun zoekvraag gaan zien. Dat er ook advertenties worden toegevoegd aan deze zoekresultaten, vertelde het bedrijf toen echter niet, maar komt twee weken later naar buiten.
  • Meta, het bedrijf dat niks meer te maken wil hebben met nieuws, is erachter gekomen dat ze uitgevers misschien toch nodig hebben. Het bedrijf overweegt namelijk deals te sluiten met uitgevers om toegang te krijgen tot hun content als trainingsdata voor AI-modellen.
  • De Europese Raad heeft ingestemd met de Europese AI-wetgeving. Dat betekent dat hij volgende maand in werking treedt.