7 min read

Branded content moet altijd en overal herkenbaar zijn

Goedenavond,

Branded content moet ook op social media herkenbaar zijn

Ik heb niks tegen branded content. Sterker nog: ik geloof dat het vertellen van voor het publiek interessante verhalen uiteindelijk veel fijner is dan banners en commercials. Er zijn echter twee dingen essentieel bij branded content: je moet als uitgever goed nadenken of je voor elk merk branded content wil maken en het moet altijd en overal overduidelijk zijn dat het om een advertentie gaat.

Het ging deze week mis bij NRC. Hun branded-content-afdeling heeft een podcast gemaakt voor Tata Steel. Dat is, gezien de recente controverse over die bedrijf, sowieso al niet zo handig (en als ik host Tom Jessen was, had ik ook even gepast voor deze klus), maar vooruit: uitgevers moeten nou eenmaal geld verdienen.

Afgelopen week verscheen de eerste aflevering en die werd uiteraard goed gepromoot. In het logo van de podcast en op bijbehorende pagina op NRC.nl is duidelijk dat het hier gaat om branded content en niet om een redactionele productie. Ook in de afbeelding die meekomt als je een link naar het artikel deelt op social media zie je dat het hier gaat om branded content. Heel netjes, NRC lijkt hier zorgvuldig mee om te gaan.

Alleen heeft NRC blijkbaar niet in zijn overeenkomst staan dat Tata Steel zelf ook duidelijk moet maken dat het om branded content gaat en niet om een uiting van NRC. Dat bedrijf heeft in een gesponsorde tweet heel bewust de afbeelding bij de link vervangen, waardoor het niet meer duidelijk is dat het om branded content gaat. In de tekst wordt ook geen melding gemaakt van het feit dat het een reclamepodcast of een podcast van henzelf is. Nee, Tata Steel heeft het over 'deze podcast' en vervolgens is een link naar NRC.nl te zien.

Als je doorklikt, zie je uiteraard dat het gaat om een branded content, maar op social media lijkt het of het gaat om een uiting van NRC. En dat moet altijd voorkomen worden...

Even terugkomen op mijn vorige nieuwsbrief

Vorige week deelde ik een aantal artikelen onder de noemer 'Opschrijven wat je publiek wil weten'. Het ging onder meer over het inventariseren welke vragen je lezers hebben bij het nieuws en die beantwoorden in je berichtgeving. De volgende ochtend verscheen in NRC een stuk wat hier perfect bij aansluit en wat ik nog even met je wil delen: ‘Helpdeskjournalistiek’ van NOS Stories en nu.nl spreekt tieners direct aan.

Nu vind ik de term 'helpdeskjournalistiek' geen recht doen aan iets dat in mijn ogen een belangrijk onderdeel zou moeten zijn van de journalistiek, maar los daarvan staat het artikel vol voorbeelden waar redacties een voorbeeld aan zou kunnen leren. In dit stuk gaat het specifiek over jongeren, maar ook buiten die doelgroep liggen op dit vlak zoveel kansen!

Verder in deze nieuwsbrief

  • Uitgevers maken berichtgeving over oorlog beschikbaar in Oekraïne en Rusland.
  • Belangrijke stap: er is een akkoord over de Europese Digital Market Act.
  • De betalingsbereidheid voor podcasts verschilt sterk per land.

Fijne week,

Elger

De oorlog

Afbeelding: NOS

De NOS legt uit hoe omgaat met oorlogsbeelden die afkomstig zijn van sociale media

In mijn vorige nieuwsbrief deelde ik al een artikel over hoe de NOS middels een speciaal Osint-Twitteraccount het publiek vraagt om mee te helpen om  beelden uit Oekraïne die op social media worden gedeeld te verifiëren. Inmiddels heeft de NOS een artikel gepubliceerd over hoe dit in zijn werk gaat. Dit soort uitleg voor je publiek is ongelofelijk belangrijk voor je betrouwbaarheid en zouden nieuwsmedia wat mij betreft vaker (en ook eerder) moeten publiceren.

Uitgevers maken berichtgeving over oorlog beschikbaar in Oekraïne en Rusland

Internationale nieuwsmedia zoals The New York Times, Financial Times, The Economist en The Washington Post doen veel moeite om hun berichtgeving over de oorlog in Oekraïne beschikbaar te maken in Oekraïne en Rusland. Ze zetten bijvoorbeeld hun betaalmuur uit voor bezoekers in die landen of verspreiden hun berichtgeving via Telegram, dat als één van de weinig kanalen nog beschikbaar is in Rusland.

Russen downloaden heel Wikipedia voor het te laat is

Omdat de toegang tot steeds meer websites en diensten in Rusland wordt geblokkeerd (door de Russische overheid of door Westerse bedrijven) heeft een deel van de Russen de afgelopen weken heel Wikipedia gedownload. Omdat de online encyclopedie open source is, mag hij als download worden verspreid en er zijn de afgelopen meer dan 100.000 mensen geweest die heel de Russisch versie van Wikipedia (bijna 30 GB aan data) hebben binnengehaald.

The 29-gigabyte file that contains a downloadable Russian-language Wikipedia was downloaded a whopping 105,889 times during the first half of March, which is a more than 4,000 percent increase compared with the first half of January. According to Stephane Coillet-Matillon, who leads Kiwix, the organization that facilitates these downloads, Russian downloads now constitute 42 percent of all traffic on Kiwix servers, up from just 2 percent in 2021. “We had something similar back in 2017 when Turkey blocked Wikipedia,” he said, “but this one is just another dimension.”

Tot op heden heeft de Russische overheid de toegang tot Wikipedia overigens niet geblokkeerd.

EU komt definitief met strengere regels voor techbedrijven

Belangrijke stap: er is een akkoord over de Europese Digital Market Act

De Digital Markets Act (DMA) is Europese wetgeving waarmee de macht van grote techbedrijven wordt beperkt en de consument daardoor meer keuzevrijheid zou moeten krijgen. Deze week bereikte men in Brussel een akkoord wetsvoorstel van de Europese Commissie en daardoor kan de regelgeving nog dit jaar in werking treden. Het Europees Parlement moet er nog wel over stemmen, maar dat wordt gezien als formaliteit. Onderdeel van de DMA is onder meer meer betaalvrijheid voor aankopen in apps en de mogelijkheid tot interoperabiliteit tussen chatapps.

Volgens sommigen gaat de DMA niet ver genoeg

Yet Europe’s tech companies were hesitant to celebrate the new rules. The EU could have gone further, says ProtonMail founder Andy Yen, who has advocated for “choice screens,” or a list of email providers users can choose from when they set up a new device. “Based on what has been made public so far, it appears that choice screens will only be implemented for a very limited range of services, but we will have to wait for the final text to know for sure,” he says.
“We think [the DMA] is not strong enough to stop the anticompetitive behavior of the tech giants,” says Frank Karlitschek, CEO and founder of Nextcloud. “Moreover, the DMA's effects will depend on the implementation, and it will take time to show the real results.” Rich Stables, CEO of French price comparison service Kelkoo Group, would only describe the DMA as “potentially transformative.”

Er is ook een deal over de opvolger van het EU-US Privacy Shield

Het EU-US Privacy Shield was een afspraak tussen de EU en VS over de verwerking van data van Europeanen in de VS. Nadat het Hof van Justitie van de Europese Unie in juli 2020 een streep zette door deze overeenkomst ontstond er grote onzekerheid over de mogelijkheid voor Amerikaanse bedrijven om zaken te doen in Europa. Afgelopen week maakte de EU en VS samen bekend dat er nieuwe afspraken zijn gemaakt.

Twee artikelen over podcasts

Apple podcasters vertellen hoeveel mensen er op hun podcast zijn geabonneerd

Eén van de weinig concrete informatie die makers van podcasts kunnen krijgen is hoe vaak en wanneer hun podcast is gedownload (en op basis van IP-adressen kan ook nog wat gezegd worden over waar deze mensen vandaan komen). Daarnaast geven de grote podcast-apps zoals Spotify en Apple Podcasts extra informatie, omdat zij binnen hun app data verzamelen. Hoeveel abonnees een podcast heeft, weet dus niemand.  Binnenkort kunnen podcasters echter wel zien hoeveel abonnees hun podcast heeft binnen Apple Podcasts. En da's een mooie stap in de goede richting.

De betalingsbereidheid voor podcasts verschilt sterk per land [€]

Of podcastluisteraars willen betalen voor de toegang tot podcasts verschilt sterk per land, blijkt uit een internationaal onderzoek van YouGov. Nederland is helaas niet meegenomen in het onderzoek, maar op de vraag of podcastluisteraars verwachten komend jaar te gaan betalen voor een podcast geeft 22 procent van de Duitsers een positief antwoord. In Scandinavië is dat percentage ongeveer gelijk, terwijl in Frankrijk slechts 16 procent 'waarschijnlijk' of 'enigszins waarschijnlijk' zei en in het VK ligt het percentage nog lager met 14 procent. In Aziatische landen is het beeld heel anders. Indonesië staat bovenaan de lijst met 68 procent, gevolgd door de VAE (65 procent) en India (59 procent). Nederland is helaas niet meegenomen in het onderzoek.

Dit wil ik ook nog met je delen